Santisima 
      
 
 
 
 de Trinidad na zonsondergang

 Trinidad na zonsondergang

De nederzettingen van de Jezuïten

  - Mijn reis

  - Uw reis

  - Hun reis

  - Foto's (39)

Datum: 7 juli 2006
Kilometerstand: 13.671



Mijn Pentax S6 is gevallen op de prachtige ruines van Santisima de Trinidad en stelt niet meer scherp, alleen een armetierig gepiep van een heel klein electromotortje dat probeert het piepkleine lensje te focussen, maar dat lukt niet. Maar geen nood, we hebben de ouwe trouwe Optio S nog en die doet het prima, dus ik blijf foto's sturen.

Wonderbaarlijk maar waar, mijn HP Pavilion DV 1159 notebook doet het nog steeds. dat ding zit in mijn tweede rugzak en staat tussen mijn benen en rust op de extra benzinetank. Waarom dat apparaat alle typen wegdek overleeft is me een raadsel. Maar ik ben er blij mee.

Een klinkerweg in Paraguay De Yamaha rijdt nog steeds, maar of ik de 30.000 km vol ga maken weet ik nog zo net niet. Ik ga morgen het luchtfilter schoonmaken, misschien dattie dan wat ronder draait, want hij begint een beetje als een koffiemolen te klinken. Ik vrees dat de beschadiging aan zuiger en cilinder de brom geen goed hebben gedaan, als ook de slechte benzine hier en het onafgebroken gebeuk en gebonk over wegen, die die naam niet waardig zijn.

Ik was gebleven in San Pedro del Parana, waar stieren, kermis en muziek het leven aangenaam maakten. Vorige week woensdag heb ik San Pedro del Parana verlaten en via La Paz naar Jesus del Tavarangue gereden. Voor mij een onbekende weg door velden met maïs , mate yerba en andere gewassen, maar een man in La Paz was zo aardig om mij voor te gaan en de weg te wijzen. Ze zijn in La Paz zo-wie-zo aardig, want het pakje Marlboro dat ik dag eerder in La Paz had gekocht en was vergeten (ik was dinsdag voor de lol ff naar La Paz gereden), haalde het meisje in het eettentje zonder dralen van onder de toonbank voor me tevoorschijn. Ze zijn hier zo aardig.

's Middags dus in Jesus de ruines van de Jezuïeten bezocht en vervolgens naar Trinidad gereden om De ruines van Santisima Trinidad del Parana - ooit het paradijs van de Jezuiten daar de ruines te bezoeken. Het was al wat later toen ik me bij de entree meldde en ik had alleen 10.00 guaranies, maar de suppoost had daar niet van terug (dit is een groot probleem in Zuid Amerika, wisselgeld, heel vaak hebben ze dat niet en dan moeten ze naar een winkel oid om te wisselen. Zorg dus dat je altijd klein geld hebt als je deze kant op komt). Maar geen probleem, er was nog maar een half uurtje te gaan (de plek sluit om 17.00 uur) en in plaats van 5.000 guaranies, hoefde ik maar 2.000 guaranies (kinderentree) te betalen. En het terrein verlaten na vijven was ook geen probleem: "er zit een gat in het hek waar u weer door naar buiten kunt" . In het schemer over het terrein gelopen en tot het duister foto's gemaakt. Hotel Leon, wordt gerund door een ex-Oost-Duitser, die 7 maanden geleden naar Paraguay is gekomen, geen Spaans spreekt, een vriendin (vrouw?) van een jaar of 21 heeft en zij heeft een dochtertje (van hem? - weet ik niet) van een jaar of 5. Het hotel was onder de vorige eigenaar een geliefde plek van stelletjes, die een kamer voor een uur huurden. Er zijn 4 kamers, er is een midget golfbaan, een grote bar met vlaggetjes en petjes van FC Herta (of hoe die Berlijnse voetbalclub ook mag heten) en het ontbijt is heel slecht, maar de kamer is onwijs groot.

Kortom, alle elementen voor een ongelukkige toekomst zijn aanwezig voor Alex Weisbach (zo heet de eigenaar). Ik heb donderdagavond met hem gesproken over een plan van aanpak, een beetje marketing en publiciteit, doelgroepen, kansen en bedreigingen, maar ik vrees dat het allemaal op niets uitloopt.

Alsmaar rechtdoor, dan kom je er vanzelf Vrijdag vertrokken en via Encarnacion (geld gepind bij Lloyds Bank) naar San Cosme, weer een plek waar de Jezuïeten zich gevestigd hebben in de 17-de eeuw. Eerst de verkeerde weg gevolgd (in het dorp zeiden ze: "nee, alsmaar rechtdoor, dan kom je er vanzelf") tot aan de Rio Parana en deze was echt van het een kaliber 'hoe sloop ik mijn brommer'. Maar ja, je bent op weg en omkeren doe je alleen als de weg helemaal ophoudt, dus ik ben doorgereden tot enkele eilandjes in de rivier, of eigenlijk een meer. De rivier is hier zo breed omdat op enkele kilometers afstand de Paraguayos nog een hydro-electrische installatie gebouwd hebben. Na de Itaipu dam, die ze samen met Brazilië hebben gebouwd (en Paraguay jaarlijks klauwen met geld kost), hadden ze blijkbaar de smaak te pakken en hebben ze nog zo'n project gedaan, maar nu met de Argentijnen. Ze stikken van de energie, die ze verkopen aan Brazilië en Argentinië, maar rijk worden ze er niet van.

Maar goed, de 8 kilometer terug gereden naar San Cosme en wat blijkt: de Jezuïeten kerk ligt midden in het dorp en is gewoon in gebruik! Weet ik veel... Met een gids de gerestaureerde kerk en aanpalende gebouwen bezocht en nee, ik vind ruines mooier. De gids gevraagd of er een hotel was, maar nee, geen hotel, maar gewoon bij mensen thuis kun je slapen, in dat huis daar (tegenover het grote plein). Nagevraagd, maar de kamers waren al verhuurd.

Het bed wordt ondersteund door een bierkratHet fonteintjeEn de vitrage Uiteindelijk een hospedaje gevonden en een waarlijk eenvoudige kamer betrokken. In het schemer op pad voor het vertrouwde rondje 'dorp verkennen' en ik had zowaar sjans met een oudere vrouw, waar ik alleen maar een pakje sigaretten kocht. Zij had andere plannen, want ze vond het een aantrekkelijk idee om samen met mij 's avonds het feestje in San Cosme te bezoeken. Met een biertje heb ik dat voorstel nog eens overdacht en ik vond het een slecht idee. Terug gelopen naar de hospedaje, drie niet al te beste empenadas gegeten en vroeg naar bed. Van slapen kwam niet veel, want ook hier is inmiddels de dikso ontdekt en de dj wist niet dat het volumeknopje ook de andere kant op gedraaid kon worden. Bovendien konden ook de muskieten niet slapen van die teringherrie, dus elke 15 minuten was het meppen. De hele avond kwamen er nieuwe zoemers uit alle gaten en kieren van het knusse kamertje. Ben je ruim een jaar op reis en dan overkomt je dit!!! Zaterdag snel San Cosme verlaten en de weg naar Yabebyry gezocht. Dat is ook lachen, want die Paraguayos verstaan me niet zo goed als ik Yabebyry uitspreek, dus de eerste twee die ik aansprak hadden nog nooit van Yabebyry gehoord! Maar na enig doorvragen de weg gevonden, alwaar ik eerst door de politie ondervraagd werd, maar op een aardige manier. De eerste 500 meters waren asfalt. Het asfalt gaat verder over een Verboden toegang dijk, maar daar staat een groot hek en daar mag je niet over rijden. Nee, ik mocht onder aan de dijk rijden, ruim 40 km over weer zo'n verschrikkelijke honkerdebonk weg. Ik kan je verzekeren dat dat niet meevalt met een brommer, die beladen is. Soms is er een gedeelte van 50 meter dat redelijk is, dus dan geef je gas, om als een gek weer te remmen als het grove-stenen wegdek de achterband doen stuiteren. Of ineens een kuil of een wasbord of een partij losliggende keien, die luidkeels wegspatten tegen mijn plastic scheenbeschermers. Wat een ellende. En dan had ik windje mee en geen regen. Wat een geluk.

Na twee uur sjorren en sturen kom ik in Ayolas, de weg is weer asfalt en ik vraag of dat zo doorgaat tot Yabebyry. Neen, de asfaltweg gaat de andere kant op, naar Yabebyry is het 70 kilometer steenslag. Daar had ik geen zin in. Maar in Ayolas kon ik wel de hydrocentrale bezoeken. Daar naar toe gereden, eerst nog gewacht, want het was schafttijd en om 13.00 uur naar Relaciones Publicas, maar een rondleiding was niet mogelijk, want het busje was kapot en op eigen vervoer het kunstwerk bezoeken, was niet toegestaan. Als tegemoetkoming krijg ik een pakket relatiegeschenken: buttons, muismatten, folders, een sleutelhanger en een kalender.

 

>> naar San Ignacio de Guasu


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

  

©  2008 - El Rey del Ripio

 This Web Page Created with PageBreeze Free Website Builder